Een Frans plaatsje in Nieuw-Zeeland? Oui, Oui c’est Akaroa!
Toen ik op een satellietfoto de kaart van Nieuw-Zeeland bestudeerde -ja dat deed ik echt- viel meteen het Banks-schiereiland op, dat ten zuiden van Christchurch ligt. De grilligheid van de bergachtige omgeving spat van je scherm en maakte mij ontzettend nieuwsgierig naar hoe dat er in het echt uit zou zien! Ik moest en zou dus naar Akaroa -dat rustig en vredig middenin al die uitspatting verborgen ligt- door het bekijken van een kaart. We stappen in de auto en rijden de ruim 80 kilometer vanuit Christchurch naar Akaroa met de kinderen. Daar hebben we geen seconde spijt van!
Adembenemend uitzicht over het vulkanische schiereiland
De rit naar Akaroa is adembenemend mooi! Het eerste stuk over State Highway 75 gaat langs weilanden -met verdroogd gras overigens, niet wat ik bij Nieuw-Zeeland had verwacht- en prachtige bergen. Net voor het eerste uitzichtpunt over het Banks-schiereiland kun je kiezen of je de directe route, of de scenic drive neemt. Wij hebben zin in koffie en besluiten de korte route te nemen, dan kunnen we de terugweg altijd nog voor de toeristische variant kiezen. Als we de pass over zijn bij de Hilltop Tavern, zien we voor het eerst het blauwe water van de baai. Deze wordt omzoomd door de glooiende, groene heuvels en grillige bergen. Er is genoeg parkeergelegenheid bij dit uitzichtpunt en we overzien een heel groot deel de vulkanische omgeving onder ons. In de verte aan het water ligt onze bestemming: Akaroa.
Un croissant au brie s’il vous plaït
Het weggetje slingert naar beneden, waarbij ons zicht op de omgeving steeds mooier en het water steeds blauwer lijkt te worden. Onderweg passeren we campings en zien dobberende zeilbootjes in de baai liggen. We parkeren de auto aan het begin van het stadje en stappen de eerste de beste horeca gelegenheid binnen met de prachtige naam: Ratatouille. Het blijkt een kruidenierszaakje te zijn. Hier bestellen we een croissant met brie en baguette met ham en tomaat, echt waar! We wanen ons in een klein Frans kustplaatsje.
Die Franse invloed komt doordat Akaroa in 1840 is gesticht door de Franse walvisvaarder Jean François Langlois. Na zijn eerste bezoek aan het land dat we nu Nieuw-Zeeland noemen, voer hij met zijn schip retour naar Frankrijk. Daar ging hij op zoek naar mensen die wel zin hadden in een overzees avontuur en bracht een groep Franse kolonisten terug met het idee om het ‘nieuwe’ land te koloniseren. Helaas voor hem was Engeland hem net een stap voor geweest en is het bij één plaatsje gebleven, je raadt het al: Akaroa. Deze Franse oorsprong zie je in het hele plaatsje terug: de straatnamen eindigen niet op street maar beginnen met rue, tegen toeristen wordt Engels gesproken, maar onderling spreken veel inwoners Frans, de slagerij is een boucherie en op de gevel van de bakkerij prijkt het woord ‘boulanger’. En wij genieten dus van een Franse lunch en daar zijn onze kinderen dol op!
Lunchen bij Ratatouille is een absolute aanrader!
Een bezoekje aan de historische kerk
Na de lunch verkennen we het ‘historische’ stadje. Het is vrij toeristisch voor Nieuw-Zeelandse begrippen, maar heeft zeker zijn charme behouden. De meeste winkeltjes en huizen in het centrum staan er al heel wat jaren en dat is in positieve zin aan te zien. Overal zie je fleurige tuintjes met Kaapse lelies, (stok)rozen, lavendel, vingerhoedskruid en margrieten. Dat maakt de aanblik nog lieflijker natuurlijk. Bij een oud, witgelakt, houten kerkje staat de deur uitnodigend open. Yes, eindelijk kan onze kleuter bij een godshuis naar binnen.
In Frankrijk staan de deuren van kerkjes altijd wagenwijd open en slaan we er dan ook nooit één over als het aan onze zoon ligt. Hij is tijdens deze reis al een paar keer -tot tranen toe- teleurgesteld dat de deuren gesloten waren. Ook de binnenkant van de kerk is uiteraard helemaal van hout. Het felle zonlicht wordt gefilterd door de kleurrijke glas-in-lood ramen. Het gebouwtje heeft een fraai koor. We beklimmen het smalle trappetje om de boel van bovenaf te bekijken. Het is hier erg stoffig en de spinnenwebben zijn talrijk aanwezig. Voor de schoonmaak wordt blijkbaar de spreekwoordelijke ‘Franse slag’ gehanteerd. Van bovenaf het koor hebben we een mooi overzicht op het interieur en het antieke orgel. Als er, net als nu, geen andere bezoekers zijn, zingen we altijd een lied in de kerk, want dat vinden de kinderen door de galm zo mooi klinken. Maar doordat alle wanden van hout zijn is de
akoestiek erg gedempt, dus ons Franse liedje -ja, ja we passen ons gewoon aan- dat we zingen klinkt niet zo mooi dan in de kerken met betegelde vloeren en stenen wanden die we in Europa bezoeken.
- Yes! Eindelijk een kerk die we kunnen bezichtigen!
De pier van Akaroa
Akaroa ligt aan het water met een open verbinding naar de zee. Je kunt hier dus niet alleen kiezen uit een legio aan watersporten, maar ook een boottochtje naar de open zee maken. Wij slaan even over, maar als we hier zouden overnachten, zou ik zeker op zoek willen naar dolfijnen of zelfs pinguïns! Dat is voor de kinderen een geweldige beleving. Veel van deze tripjes starten bij een klein, maar super fotogenieke piertje met een even zo fotogeniek, houten gebouwtje erop. Over de rest van de omgeving hoeven we trouwens ook niet te klagen. In de buurt van deze pier is een speeltuintje. De kinderen kunnen zich heerlijk uitleven op klimtoestellen, schommels en een oude ‘klimboom’ aan het water. Ondertussen ga ik helemaal los met foto’s maken en daarmee vergeet ik ook een beetje de tijd. Hier krijg ik later spijt van, want al dat fotowerk moet later allemaal uitgezocht worden…
Op het moment dat Barry de hulptroepen in wil schakelen om me te zoeken, duik ik weer op en wandelen we langs de schattige, houten huisjes met veranda’s en weelderig aangelegde tuintjes terug naar de auto voor de ‘scenic drive’ over dit prachtige schiereiland.
Terug via de toeristische route
De route voert ons over kronkelige bergweggetjes waarbij we steeds opnieuw een adembenemend zicht hebben op het water en de omringende bergen. Soms zien we weilanden met wuivende, gele grassen en dan weer rijden we door een dicht begroeid bos. Elke keer is het anders en na iedere bocht lijkt het uitzicht over de baai en de omgeving -net als op de heenweg- mooier te worden. Als we bijna bij de splitsing zijn naar State Highway 75, voor onze weg naar huis, zien we de opening naar de zee. Hier stroomt het helder, blauwe water tussen de groene heuvels de baai in en uit.
Een mooi moment om de koters wat uitleg te geven over vulkanen en schiereilanden. Dit educatieve moment is maar half besteed aan onze kinderen. Zo’n actieve dag doet de aandacht al snel verslappen. De oogjes worden zwaar en niet lang na ons afscheid van dit Franse plaatsje liggen ze heerlijk op de achterbank te slapen. De volgende keer -we gaan ervan uit dat we hier ooit terug zullen komen- maken we zeker een boottocht, varen we door de monding de zee op en bekijken we dit prachtige schiereiland vanaf het water.
Au Revoir Akaroa, À bientôt!